21 Maart 2017

Social Sail Leanne Pantjes Social learningVan lurkend, naar joinend, naar creator. Ik ben nu een aantal jaar lid van Connect (de online community of practice van L&D en HRD professionals). In het begin hield ik vooral de berichtgeving en bijeenkomsten in de gaten (lurken), totdat ik naar het Connect Zomerfestival ging en ook meer meet-ups ging bijwonen (joinen).

 

Al een tijdje zat ik met de term ‘social learning’ in mijn hoofd. Ik had op verschillende websites en fora ‘gelurkt’, maar was benieuwd naar meer praktijkervaringen.

 

Dus stelde ik in januari de vraag in de Linkedin groep: Wie wil er met mij een avond organiseren over social learning om kennis, ervaringen en ideeën er over uit te wisselen?

 

Al snel reageerde er een enthousiaste club leden van de community. Met Vera Kuiper, Jos Maassen, Joost Bazelmans, Ger Driessen en Karlijn van den Bosch hebben we in twee Skype sessies, een offline overleg van een half uur en e-mail, een programma in elkaar gezet. Hierin wilden we de deelnemers laten ervaren wat er allemaal in social learning speelt, met als focus online.

 

‘Social learning.. gaat vanzelf..?!’

Met een grote groep startte we de avond, met een lijn van schilderstape op de vloer en aan elke kant 2 uitersten, met de volgende stellingen:

 

  • Social learning ontstaat organisch of moet je sturen.
  • Iemand die actief is op een social learning platform leert meer dan iemand die passief is.

 

Bij de eerste stelling koos de meerderheid voor sturing. Je moet richting aanbrengen in het leerproces of mensen activeren om deel te nemen aan het proces. Van daaruit kan het groeien tot een organisch proces van actieve leden die elkaar opzoeken en kennis delen.

 

De tweede stelling bracht meer consensus; iemand die heel actief is op een platform door veel antwoorden te geven in een forum, veel likes te geven of content te posten hoeft niet per se meer of minder te leren, dan iemand die juist de content leest en daar over nadenkt. Joost bracht hierin de social media pyramid naar voren. Waar in 2006 de verdeling was: 90 % passief (lurkers) en 10 % (actief), is dit met de opkomst van online communities, verschoven. Hiervoor wordt de 70-20-10 verdeling genoemd. Hé die kennen we! Maar wel in een andere context. Hier gaat het er dus om dat er 70% is die passief informatie tot zich neemt, en 30% actief is. Wat zeggen deze cijfers over het succes van het platform?

 

Het meten van succes

Hierna brachten Jos en Ger ons een ‘social sail’ met voorbeelden van de inzet van social learning in de praktijk. Hoe ziet het er uit, waar voor zet je het in en voor wie is het geschikt? Wat zijn de voor- en nadelen? Met de input gingen we in groepjes op zoek naar een antwoord. Wanneer is Social learning nu een succes of juist niet? Want een kritische noot was er uiteraard.

 

Dit zijn de belangrijkste succesfactoren voor Social learning:

 

  • Het is duidelijk wat het doel is van de online community of platform.
  • Deelnemers hebben toegang tot content die voor hen (op dat moment) relevant is.
  • Er is een moderator die voor snelle en inhoudelijke reacties zorgt en de community ‘aanzwengelt’.
  • Kennis en ervaringen worden gedeeld en je hebt tijd om op de informatie te reflecteren.
  • Het verbindt mensen en zorgt voor een brede blik: jouw expertise wordt zichtbaar, maar je ziet ook waar de rest van de organisatie mee bezig bent.
  • Een online klik kan een offline klik stimuleren en andersom.
  • Het is altijd en overal beschikbaar: online.

 

Heb je iets gemist?

Een laatste factor om social learning te laten slagen: ‘Je mist iets als je er niet bij bent’, was jij deze avond er niet bij? Dan heb je iets gemist! Daarom delen ik en anderen met blogs onze ervaring: informatie die je kan lurken. Wat doe je al met social learning in jullie organisatie? Wil  je meer actief met social learning aan de slag? De digital learning consultants van Capgemini Academy helpen je graag.