Dat we als kind leren door te spelen is alom bekend. Voordeel van spelen is dat het prettig is, uitdagend, en daardoor ook lang vol te houden. Met spelen leer je door te vallen. In mijn optiek hoef je ook nooit falen. Vallen kun je wel, maar als je na de val weer opstaat leer je van die ervaring en dan is er geen sprake van falen. Nelson Mandela zei niet voor niets de magische woorden:
“The greatest glory in living lies not in never falling but in rising every time we fall.”
Het nieuwe leren
De nieuwste inzichten over leren (70-20-10) is dat je 70% leert door het in de praktijk te doen, 20% leert op basis van informele contacten en10% op basis van formele opleidingen. Nu zit je bij een formele opleiding vast aan een vooraf bedacht stramien. Maar hoe ziet je stramien er uit voor die andere 90% aan leereffecten die je graag wilt bereiken? Je kunt hierbij volledig je eigen weg bewandelen wat ook hoort bij spelen en experimenteren.
Je kunt ook alles leren onder het strenge toezicht van een leermeester (denk aan de gildes uit de Middeleeuwen). Combineer de volledig vrije leervorm met leren onder een leermeester afhankelijk van je concrete leer- en presteerdoelstellingen.
Van persoonlijk opleidingsplan naar persoonlijke prestatieambities
Ga terug naar je eigen persoonlijke opleidingsplan. Welke competenties (kennis en vaardigheden) wil je je de komende drie jaar eigen maken? Wat kun je hierin zelf bereiken? Voor welke onderdelen heb je een “steuntje in de rug” nodig? Hoe concreter de antwoorden op de bovenstaande vragen, hoe slimmer je met je leermeester(s) aan de slag kunt.
Vergeet niet dat je bij leren onder toezicht van een leermeester ook deels je vrijheid als professional inlevert. Je gaat als het ware voor afgebakende leer- en presteerdoelen een hiërarchische en/of een functionele relatie aan met een leermeester die zelf ook gewoon een professional is net als jij. Alleen dan met wat meer ervaring dan jijzelf. Leer je te snel dan ben jij zelf de meester en wellicht ben je dan zelfs bedreigend voor de positie van je eigen leermeester(s).
Het meesterschap is weer terug van weggeweest maar dan anders
Met andere woorden: de metafoor van de leermeester uit de Middeleeuwen is een hele mooie concrete metafoor. Echter, we leven niet meer in de Middeleeuwen. Daarom denk ik dat het rigide model uit de Middeleeuwen in onze moderne tijd een andere invulling zal gaan krijgen. Het is niet meer de meester die zijn wijsheid uitzendt over de leerlingen via een eenrichtingverkeer.
In mijn visie is het contact tussen leerling en meester gebaseerd op een tweeweg communicatie. De meester leert minimaal zoveel van de leerling als de leerling van de meester. Het is niet toevallig dat grote dienstverlenende organisaties overstappen van klassieke opleidingspaden en bijbehorende dure opleidingstrajecten naar Meester-Gezel-Leerling constructies.
Maak er een gezamenlijke ontdekkingstocht van
Deze verbinding tussen het jonge talent en de meester/gezel werkt het beste als de verbinding oprecht is en tegelijkertijd speels. Het moet aanvoelen als een ontdekkingstocht. De meester speelt en experimenteert (figuurlijk) met het jonge talent en het jonge talent leert door te spelen met vragen, gedachten en antwoorden van de meester die alleen worden ontsloten door het stellen van de juiste vragen op het juiste moment en onder de juiste condities. Het is vooral door discussie en het vraag en antwoordspel waardoor je heel snel kunt leren.
Ook Darwin is weer terug van weggeweest maar dan anders
Als professional kun je zelfs zo ver gaan dat je gaat spelen met leermeesters. Ik bedoel hiermee dat je voor jezelf een heel ecosysteem van leermeesters creëert. Via de principes van het Darwinisme laat je leermeesters die echt iets toevoegen aan je leer- en prestatie-verbeterproces langer “in leven” dan leermeesters die je na één of twee gesprekken toch niet het goede gevoel geven. Wees heel kritisch naar je eigen leermeester(s) maar ook kritisch ten aanzien van je eigen leerdoelstellingen.
Geef ook je eigen leermeesters constructieve en oprechte feedback
Je eigen leermeesters zijn niets meer en niets minder dan professionals die leren op basis van oprechte feedback van anderen. Ik noem dit “the moment of truth” die professionals ervaren wanneer zij door een mede professional (onafhankelijk van hiërarchische relaties) oprechte feedback ontvangen. Door je directe collega’s te coachen kun je zelf ook leren! Daarom ben ik nu een boek aan het schrijven waarmee ik jonge energievolle professionals verder kan brengen in hun ontwikkeling op basis van een soort “zelfhulpkit”. Naar verwachting komt dit boek in het najaar van 2014 breed beschikbaar.
Dit artikel is mede tot stand gekomen op basis van mijn gesprek met Hubert Noordman, ketenarchitect bij de Belastingdienst en feedback van mijn collega’s Dian Lens en Roland Bonsen.